dinsdag 9 december 2014

Dag mijnheer de Donor


Ik zie ons nog zitten, mijnheer de Donor. Tegenover elkaar, aan ons muisgrijze bureau in het Belgische kantoor van een Duitse chocoladefabrikant. We smeedden plannen voor de toekomst. Droomden van een kind. Zij een dochtertje, en ik een dochtertje, in onze stoutste dromen. Zodat we later veel leuke dingen zouden kunnen doen, samen met onze meisjes. We hoopten dat zij eerst zou zijn, want zij was al wat ouder. En toen was het eindelijk zo ver. Op kerstdag belde ze: ze verwachtte een kindje. Acht maanden later zag ik haar voor het eerst. In een wit wiegje, tussen witte lakentjes van fris katoen, lag een prachtig meisje met gitzwarte haartjes en dito wimpertjes. Zo veel wimpertjes, dat de verpleegsters in de kraamkliniek gezegd hadden dat ze later nooit mascara nodig zou hebben, dat meisje. In de jaren die volgden, deelden we tonnen lief, en hier en daar een beetje leed. Lachten we om de kleine kantjes van onze mannen, en om de fratsen van onze dochters.

Wat wenste ik dat ze me nooit die mail had moeten sturen. Mei 2013. ‘Droevig nieuws’, titelde ze. Ze was ziek. Haar meisje, een kind van amper zeseneenhalf. Haar beenmerg wilde niet meer mee. Samen met haar kind begon ze aan een eindeloze lijdensweg. Tot wel 18 verschillende pilletjes slikte ze per dag. Pilletjes die haar weerstand volledig moesten kapot maken, in de hoop dat het beenmerg zo opnieuw in actie zou schieten. Vieze papjes waarvan ze moest kokhalzen, een ATG-kuur op een steriele eenheid waar ze de nacht in haar eentje moest doorbrengen. Buikprikken, medicijnencocktails en cortisone die niet alleen haar lichaam, maar ook haar ziel veranderden. Dat mooie, gezonde kind, dat ze had gevoed met fruit- en groentenpapjes, gezonde kost en bergen liefde, moest ze nu verplichten om geneesmiddelen te slikken die haar zouden kapotmaken. Maanden vocht ze, en even was er hoop. De bloedwaarden namen opnieuw toe. Maar enkele maanden en een bittere strijd verder viel eind februari 2014 dan toch het verdict: zonder een stamceltransplantatie zou haar meisje het niet halen.

Ik moet haar bewonderen, mijnheer de donor, want niet één keer liet ze de moed zakken. Niet één keer zat ze in zak en as, al kan het niet anders of ze voelde zich vanbinnen verscheurd. Ze vocht, elke dag opnieuw. Ze zette haar professionele activiteiten op een lager pitje, cancelde uitstapjes met vriendinnen, en leefde enkel nog voor haar. Ze deed er alles aan om de dagen van haar meisje fantastisch en memorabel te maken. Om de dagen van wachten op een donor, de dagen van les volgen via Bednet, de dagen van bloedtransfusies en naalden die prikken in haar armpjes, van vreselijke botboringen en beenmergpuncties, te verzachten voor haar. Haar kind, haar alles.

We waren door het dolle heen dat u er was, mijnheer de donor. Een match van maar liefst 98%. Zo uitzonderlijk, dat u het wachten meer dan waard was. De match met de tweede donor op de lijst was slechts een goede 80%, de kans dat ze het beenmerg van die man of vrouw zou afstoten, veel groter dan dat bij u het geval was. Ze hebben u gecontacteerd, en gezegd dat het nu eindelijk zo ver was: u zou beenmerg doneren aan een anonieme patiënt ergens in de wereld. U wist dat het een meisje van intussen 8 jaar was. Een meisje wier leven afhing van uw stamcellen.

Ze zou nog de kans hebben om haar eerste communie te doen, samen met haar klasgenootjes, een moment waarnaar ze ontzettend had uitgekeken. Een moment om de batterijtjes op te laden, voor wat nadien komen zou. Haar ouders maakten plannen voor het grootste feest ooit, met het lekkerste eten, de beste vrienden, familie en ontelbaar veel cadeautjes. Enkele dagen later zou ze naar het ziekenhuis moeten, om voorbereid te worden op de transplantatie die gepland stond op 12 juni. Vooraf zou ze nog een aantal ingrepen ondergaan. Er zou een eierstok verwijderd worden. De eitjes ingevroren voor later, als ze aan kindjes zou willen beginnen. De acht dagen durende zware chemokuur die aan de transplantatie vooraf zou gaan, zou immers alles in haar kleine lijfje kapot maken. Hartverscheurend. En toch was de geplande transplantatie tegelijk een moment om hartstochtelijk naartoe te leven. Gedaan met afbreken, en eindelijk weer opbouwen.

Maar u besloot om de transplantatie uit te stellen, mijnheer de donor. De timing paste niet zo goed in uw agenda. Enkele dagen nadien zou u immers op reis vertrekken, en u was bang voor complicaties na de ingreep. Ze kregen de keuze: vervroegen naar begin mei, of uitstellen tot augustus. Alles in haar schreeuwde toen ze besloot de transplantatie te verzetten naar begin mei, want het geplande feest viel volledig in het water. Geen kans meer om de batterijen op te laden, en een directje naar de hel. En toch vatte ze ook dit keer moed. Wachten tot augustus was te gevaarlijk, hadden de artsen gezegd. Ze was te zwak, en elke mogelijke infectie of het kleinste verkeersongeval kon haar nu het leven kosten. Het communiefeest werd vervroegd, de catering afgebeld en vervangen door iemand die wel nog tijd kon vrijmaken, de genodigden verwittigd. Ze vierden feest dat het een lieve lust was. Enkele dagen later zou het eindelijk zover zijn. Ze was blij, want nu was ze zeker dat haar kind het volgende schooljaar normaal zou kunnen volgen. Misschien nog enkele maanden van thuis uit, maar ze zou op zijn minst tegen september aan de beterhand zijn. Daar was ze blij om.

Maar u besloot opnieuw om de transplantatie uit te stellen, mijnheer de donor. U bent blijkbaar een belangrijk zakenman in Zwitserland, en daarbij hoort een druk gevulde agenda. Geen tijd voor een kleine ingreep die een mensenleven kon redden. ‘De professoren zeggen ons dat je pas zeker bent van de donor als de naald met het donorbloed via de HIC-man in het lichaam van je kind zit’, zei mijn vriendin me.

Begin september  zou het dan toch gebeuren. Derde keer, goede keer. Jammer wel, van dat schooljaar. De start zou ze missen, maar mijn vriendin hield moed. Het zou wel goedkomen. En nu hadden ze nog een hele zomer de tijd om leuke dingen te doen samen, zij het dan binnen de beperkingen die haar ziekte haar had opgelegd. Niet gaan zwemmen. Niet in het zand spelen. Niet bij een vriendinnetje op bezoek. Niet op reis. Je wist maar nooit.

En toen was het eindelijk zo ver. Haar kleine lijfje werd klaargemaakt. Getest, gemeten en gescand. De eierstok weggenomen, de HIC-man ingeplant. Gisteren zou ze naar het ziekenhuis vertrekken, voor zes weken. Acht dagen chemo, en dan, eindelijk, die transplantatie. ‘Hou moed’, zei ik, ‘denk aan wat komt. Eindelijk herstel, eindelijk weer leven.’ ‘Ja’, verzekerde ze me, ‘dat doen we zeker.’ Ze pakte een koffertje in met kleertjes voor de eerste twee weken. Ze vertrokken, schreven zich in in het ziekenhuis, en brachten er samen de eerste nacht door. Bang wachtend op wat de chemokuur met haar zou doen, en op het moment dat haar mooie zwarte haren in plukken zouden uitvallen. Ze stonden op, vanmorgen, en de dokters koppelden de eerste dosis chemo aan. Het giftige oranje goedje sijpelde haar kleine lijfje binnen.

En toen, aan het einde van die dag, besliste u dat u toch maar niet zou doneren, mijnheer de donor. Neen, hier had u geen zin in. Die anonieme mens in een land ver vandaan moest het maar zonder u zien te redden.

U wist dat het een kind was, mijnheer de donor… Hebt u beseft waar u aan begon, toen u zich aanmeldde en dacht dat u een goede daad verrichte? Beseft u hoe het leven van een klein meisje vandaag op het spel staat, omdat u de daad niet bij het woord kunt voegen? Beseft u welke lijdensweg dit kind en iedereen om haar heen aflegt, en hoe het ongemak dat u mogelijk had ervaren bij de ingreep daarbij compleet in het niets verdwijnt?

U zal mijn brief nooit lezen, mijnheer de donor. Misschien drinkt u vanavond opgelucht een glas wijn. Blij dat deze donorhistoire voorgoed tot uw verleden behoort. Stamceldonor? Neen, danku, niets voor u. U leest dit niet, maar ik hoop dat u de woede, het verdriet en de ontzetting voelt van de honderden mensen om haar heen. De wanhoop in ons hart, en het onbegrip om wat u hebt gedaan. U had niet de moed om hiermee door te gaan, terwijl van hen het onmenselijke wordt gevraagd. Ik ben boos, mijnheer de donor. Ze is mijn hartsvriendin. U hebt haar hart gebroken, en daarmee ook het mijne.

Ons rest enkel de hoop dat de artsen iemand vinden met een even goede match als u. Dat ze een donor vindt die wél bereid is een klein ongemak te doorstaan om haar jonge leventje te redden.

Laat dit een oproep zijn aan iedereen die zich geroepen voelt om stamceldonor te worden. Denk op voorhand na en besef waar u aan begint. Registreer u pas als u zeker bent.

Laat dit een oproep zijn aan bedenkers van campagnes die oproepen tot stamceldonatie. Benadruk het engagement van potentiële donoren. Vertel wat het inhoudt, van a tot z. Zodat ze geen enkel excuus meer hebben om lafhartig terug te krabbelen op de dag dat een patiënt in levensnood wordt voorbereid voor het moment waar hij zo lang naar heeft uitgekeken.

Stamceldonor bent u niet voor even, maar voor het leven.


vrijdag 16 december 2011

Ik ben een blogger!

Ja, ik hoor het je denken… ‘nochtans weinig gepost de laatste tijd’. En gelijk heb je, beste follower. Althans, op mijn eigen ingenieuze blog. Want achter de schermen blog ik heel vaak – en heel graag – voor andere mensen. Waardoor er nauwelijks tijd overblijft voor mijn eigen blog. Ja, er kruipt veel tijd in het bijhouden van een blog. Dat is een nadeel. Maar bloggen brengt ook ontzettend veel voordelen met zich mee.

Bloggen is…
Een beetje zoals een column schrijven in de krant. Je kan er je mening in kwijt, je visie over een bepaald thema. Als bedrijf kan je vertellen waar je mee bezig bent of uit de doeken doen wat je standpunt is in een sectorgerelateerde discussie. Een blog mag – moet - gevat zijn. Actueel en up-to-date. Een blog heeft persoonlijkheid. Of beter: geeft persoonlijkheid aan je bedrijf of product. Start je in naam van de CEO van je bedrijf een blog op, dan krijgt je bedrijf een gezicht. En dat is waar consumenten vandaag van houden.

Kort, korter, kortst…
Al van microbloggen gehoord? Het is net hetzelfde als bloggen, maar dan nog veel korter en kernachtiger. Het beste voorbeeld is Twitter, waar 140 karakters je de kans geven om ultra-gevat je nieuwtje de wereld in te sturen. Voor de uitgebreide info link je door. Naar je website… of je blog! Maar ook daar maak je het best niet al te lang: want een blog wordt gelezen op het scherm…

Content is key
Uiteraard moet je iets te vertellen hebben. Want bezoekers van je blog zijn op zoek naar meerwaarde. Geen verkoopspraatje maar informatie waar ze iets aan hebben. Waar ze voor terugkeren. Verfris je blog dus regelmatig met nuttige posts waar je lezers wat mee kunnen. En weet dat een regelmatig onderhouden blog ook helpt om een hogere plaats in de rankings van zoekmachines te behalen!

Zin gekregen in een eigen blog?
Weet dan dat bloggen veel tijd vraagt. Om een onderwerp te bedenken, je verhaal neer te pennen en te beeldhouwen tot het er staat zoals jij het ziet. Maar dat het loont, zo veel is zeker.

Geen tijd voor een eigen blog? Dan zijn er mensen zoals ik die het graag in jouw naam doen. Ook al heb ik dan weer wat minder tijd voor mijn eigen blog. Dus beste followers: als hier de komende weken niets nieuws verschijnt, dan weten jullie alvast waar ik mee bezig ben…

donderdag 5 mei 2011

Goeie copy. Priceless?

Onlangs ging http://www.ingenieusverwoord.be/ online. Mijn website, waarop ik vertel wat ingenieus zoal kan betekenen voor bedrijven en bureaus. Wie goed opgelet heeft, merkte vast dat er op mijn site niet gesproken wordt over de prijs die je betaalt voor copy. Een bewuste keuze om dit weg te laten? Zeker weten. Niets is zo moeilijk voor een copywriter als een bedrag plakken op het schrijven van bv. een folder, een website of een mailing. De ene brief is immers 2 bladzijden lang, de andere nauwelijks 1 A4'tje. De ene website heeft een minutieus uitgedachte structuur en vertelt een erg technisch verhaal, de andere verwoordt op 5 pagina's kort en bondig wat het bedrijf doet.

U weet uiteraard liefst op voorhand wat mijn werk u zal kosten. Daarom maak ik liefst een offerte per project. Op basis van uw briefing schat ik in hoeveel uur ik aan de opdracht zal werken en daar stel ik dan een projectbedrag tegenover voor copywriting, herschrijven of eindredactie.

Of copywriting duur is? Het hangt ervan af hoe u 't bekijkt. Goeie copy zet aan tot actie. Trekt de lezer over de streep om iets te doen: informatie opvragen bijvoorbeeld, contact opnemen of een bon inruilen. Wat u de lezer aanbiedt is cruciaal, maar ook de manier waarop u dat aanbod verwoordt. Laat het schrijven van uw professionele tekst eens over aan een geöefend copywriter en u zal merken: die enkele honderden euro's stellen vaak niets voor als u ze vergelijkt met de extra inkomsten die uw actie oplevert. Bovendien: schrijft u de tekst zelf, dan is dat voor uw bedrijf ook niet gratis...

Wil u graag testen hoe cruciaal copywriting kan zijn? Neem contact met me op. Samen bekijken we hoe we uw project krachtig kunnen verwoorden.

donderdag 20 januari 2011

Let's get emotional

Emoties. In het zakenleven kan je ze maar best niet te veel laten zien. Of toch? Als je het mij vraagt, kan het best. We hoeven niet allemaal Bert Anciaux-gewijs tranen te laten rollen, maar een flinke brok enthousiasme bij het afsluiten van een goeie deal of oprechte teleurstelling wanneer het even niet zo goed gaat, toont dat we mensen zijn van vlees en bloed. En het zorgt bovendien voor begrip en medeleven.

Mijn eigen emotionele ik (dat kantje van mezelf heb ik vast niet kunnen verstoppen in mijn eerdere berichten) heb ik meer dan eens als belemmerend beschouwd in mijn leven. Er was hartverscheurend liefdesverdriet dat mijn hele doen en laten bepaalde, er waren de alles-in-de-war-sturende zwangerschapshormonen die me voor het eerst in mijn carrière in tranen deden uitbarsten op het werk... Maar nu maak ik van mijn emotionele kant mijn sterkste kant. Door met ingeNieus communicatie te maken die de juiste snaar weet te raken.

Naar mijn mening is communicatie sterk wanneer ze de inspeelt op ratio én op emotie, hoe zakelijk het communicatiemiddel ook is. Op smaak gebracht met een snuifje emotie haalt ze gegarandeerd betere resultaten. Dat het onderscheid tussen B2B-communicatie en B2C-communicatie daarbij volstrekt overbodig is, mag duidelijk zijn. We zijn tenslotte allemaal... mensen van vlees en bloed.

dinsdag 11 januari 2011

A brand new chapter

Da-aag mama, zwaaide hij. Nam zijn fonkelnieuwe boekentasje vast en stapte flink mee met juf Kristel. Zijn allereerste schooldag tegemoet. Allemaal nieuwe gezichtjes, nieuwe gewoontes, voor het eerst een brooddoosje voor 's middags... en zonder fopspeen, ja zelfs zonder de anders zo onafscheidelijke 'luke' en 'beer'. Tot u spreekt een door-en-door fiere mama. Wat doet hij het goed! Wat is hij klein, maar dapper! Lieve zoon, wat ben ik trots op je. Er gaat een geheel nieuwe wereld voor je open. Geniet maar van elke stap die je zet, hoe klein je stapjes ook zijn.

Een nieuwe wereld voor zoonlief, een gloednieuw hoofdstuk voor mama. Voor me ligt een zee van vrijheid, mogelijkheden, kansen, ontdekkingen! Meer tijd om te schrijven, om béter te schrijven, ánders te schrijven ook. Om bij te leren. Noors leren, ja, eindelijk! Ik verdiep me in vakliteratuur en als een spons slorpt mijn ziel alle nieuwtjes op. 2011 wordt het jaar waarin ingeNieus volwassen wordt. Mijn plannen zijn groots, mijn enthousiasme zo mogelijk nog grootser. Liefste follower(s), vanaf nu krijgt u vaker wat van me te lezen. Kom dus zeker snel terug en lees ingenieuze nieuwtjes heet van de naald, vers van de pers, of hoe u het ook wil zeggen. Tot gauw. That's all for now, folks!

woensdag 27 oktober 2010

Jump start

Liefste follower(s), na mijn laatste bericht - al bijna 2 maanden geleden, foei! - nam ingeNieus een echte jump start. We zijn niet alleen bijna 2 maanden verder, maar ook heel wat ervaringen rijker. Ik heb baselines bedacht, herbekeken, opnieuw bedacht, nog eens herbekeken, en uiteindelijk hebben ze het helaas niet gehaald... maar niet getreurd. We zijn een ervaring en een les rijker: de briefing is alles! Het was de eerste les van onze opleiding in Brussel, maar in de praktijk blijkt het toch allemaal net iets minder evident. Baselines dus, zowat het moeilijkste waar een startende copywriter op getest kan worden. Gelukkig rolden er ook andere al-even-leuke opdrachten binnen: een persbericht voor een gigantisch technisch product (nu weet ik wat verspanen is!), een direct mailing voor lekkers van Aveve, de revisie van een blogtekst van een stijlvol reclamebureau, een eerste ervaring met webcopy... en mag ik voor mijn ex-werkgever bovendien nog wat marketing consultancy doen ook.
Het loopt lekker! En ik vind het nog steeds heerlijk.
Uiteraard is het niet allemaal glitter & glamour. Er zijn de slechte betalers, de writer's blocks (ja hoor), er is het moeilijke-opnieuw-beginnen-na-een-eerste-niet-zo-goede-versie, ... maar dat hoort er allemaal bij. Blij - nog steeds en hopelijk nog lang - dat ik eraan begonnen ben! That's all for now, folks!

donderdag 9 september 2010

Fast forward...

... to a few weeks later. Begin september, het regent pijpestelen ... en ingeNieus, mijn liefste follower(s), is gelanceerd. De eerste opdrachten zijn binnen, verwerkt, gefactureerd en er is zicht op meer. Wat een voldoening! Na het knokken voor die eerste opdrachten, is het heerlijk om te horen hoe een gerenommeerd bureau in mij gelooft. 'Mogen we je eens testen?'. Uiteraard mogen jullie dat! En of ik zin heb om mee te 'denken'? Wat 'dacht' je...
Ik voel het. De passie voor ingeNieus kriebelt, hier ga ik me 100% kunnen in uitleven. Of wacht even! Ik kan het nu al ... Dankzij die eerste opdracht van een ander-al-even-gerenommeerd bureau. Ze hebben me niet meteen het makkelijkste klusje voorgeschoteld als test: 2 Engelse baselines bedenken voor een topmerk in de bouwsector. Na mijn eerste opdrachten, waar ik vooral moest herschrijven en proeflezen, beschouw ik dit als mijn eerste echt creatief werk. Het is reuzeleuk. Inspiratie doe ik op in zowat alles om me heen, en dan maar ideeën spuien op papier. Om ze straks voor te leggen aan een selectief clubje van kritische geesten, alvorens ze naar het bureau vertrekken. Ben nu al benieuwd naar hun reactie.

Mijn glazen bol vertelt me niet of mijn voorstellen het uiteindelijk gaan halen bij de eindklant. Eén (of twee) ding(en) staat(n) echter vast: ik ben een ervaring rijker en vond het enorm leuk om doen. Er bekruipt me een tevreden gevoel. Blij dat ik met ingeNieus begonnen ben... That's all for now, folks!